Kilmar Abrego Garcia woonde met zijn vrouw en drie kinderen legaal in de Amerikaanse staat Maryland, had een werkvergunning en geen strafblad. Toch werd hij in maart toch met ruim tweehonderd vermeende bendeleden naar zijn geboorteland El Salvador uitgezet.

De Amerikaanse regering erkende begin april dat de uitzetting van Abrego Garcia een vergissing was, maar zei hem niet terug te kunnen halen. Donderdag beval het Amerikaanse hooggerechtshof dat de man teruggehaald moest worden. President Donald Trump benadrukte zaterdag dat hij de uitspraak van het hof zou respecteren. "Als het hooggerechtshof zegt dat iemand teruggehaald moet worden, dan zou ik dat doen."

Maandag was Trump daar een stuk minder stellig in. Tijdens een bezoek van de Salvadoraanse president Nayib Bukele aan het Witte Huis zei Trump tegen aanwezige journalisten dat zijn regering niet van plan is om Abrego Garcia terug te halen.

De Amerikaanse minister van justitie Pam Bondi zei dat het aan El Salvador is om de man terug te sturen. "Als zij dat willen, sturen wij een vliegtuig." Maar Bukele vindt dat hij "niet de macht heeft" om Abrego Garcia terug te sturen naar de VS. "Dat is een absurde vraag", zei hij tegen journalisten in het Oval Office. "Hoe kan ik een terrorist de VS binnensmokkelen?"

Het is onduidelijk hoe de toekomst van Abrego Garcia er nu uitziet. Momenteel zit hij vast in het Centro de Confinamiento del Terrorismo, de grootste gevangenis in El Salvador met een capaciteit voor het huisvesten van 40.000 gevangenen.